Betonvloer afwerkingen

Alle vloeren zoals terras, woning, bedrijfshal, garage en looppaden kunnen worden behandeld als het beton is gestort. Kleine obstakels (randen en kanten) worden met de hand afgewerkt. Vlinderen (ook wel ‘monolithisch afwerken genoemd’) gebruiken we voor het bewerken van grotere betonvloeren. Dit gebeurt met een enkele of dubbele handspaan machine.

Als de betonvloer zodanig beloopbaar is, wordt de bovenlaag eerst open geschuurd. Daarna wordt de vloer meestal ingestrooid met slijtvast materiaal. Wij gebruiken kwartskorrels die worden vermengd met cement, zodat deze zeer goed aan de betonvloer hechten. De strooilaag wordt met de vlindermachine ingedraaid of met de hand bijgelegd. Dan is het tijd om de vloer goed te laten drogen.

Bij een normale betonvloer worden na de fijne structuur de schuurschijven van de machine afgehaald. Daarna wordt de vloer verder afgewerkt met afwerkbladen. De vloer wordt zo vaak gevlinderd, dat de toplaag glad en gesloten is. Nu heeft de vloer nu een zeer harde toplaag gekregen, welke zeer slijtvast is.

Om de vloer de gewenste, donkere kleur te geven, wordt het beton voorzien van een cementkleurstof. Door het vlinderen zullen diverse kleurschakeringen te zien zijn en de afwerking van de kanten en randen zullen qua kleur en structuur verschillen. De vloer moet later worden nabehandeld met curing-compound om scheuren en uitdroging te voorkomen. De snelheid van het drogen van de betonvloer is afhankelijk van het weer. Dit betekent dat we in de zomer zeer snel na storten kunnen beginnen met de afwerking, maar in de winter periode duurt dit een stuk langer.